Taonga: Tropische chaos, vriendschap en ananassen met een missie
Ik kwam aan op Taonga Island met het idee dat ik even lekker hersenloos wat mais zou verbouwen en kippen zou voeren. Maar nee hoor: vijf minuten later zat ik puzzels op te lossen, suikerriet te ruilen voor vage beeldjes en had ik plots een kudde alpaca’s waar je u tegen zegt. Het begint als zo’n superschattige farmsim, en dan blijft het nieuwe dingen erop mikken: avonturen, mysterieuze jungle-scherven, een mini-economie waarin iedereen raar wil ruilen en buren die gezelliger zijn dan mijn echte straat. Zin om te settelen? Check eerst even welke tropische puinhoop je te wachten staat.
Oeps, nu run ik opeens een ananas-imperium
Taonga trapt af zoals elk tropisch uitstapje hoort: een vaag briefje, gammel bootje, belofte van gratis grond. Ik dacht, lekker relaxed, wat kokosnoten en een mango, en klaar. Mis! Binnen vijf minuten een aanlegsteiger bouwen, een uur later? Windmolens, alpaca’s en zoveel kokosnoten dat je er noten van krijgt.
Serieus, dit spel heeft tempo. Eerst pluk je een beetje ananas. Voor je het weet ruim je de jungle op en ruil je kralen met locals die véél te veel geheimen hebben. Het lijkt een farmsim, maar ondertussen zit je op een eilandengroep vol geheimen en jawel: je energiebalk huilt om genade.
Boer zijn mét piratenmissies
Ja, het draait om de oogst. Maar vergeet eindeloos saaie akkertjes. Je zaait, je bakt een taart. Maar die taart gebruik je om vriendjes te worden met een piraat die ruikt naar verbrand suiker en alleen op komt dagen als je mangovoorrraad op is.
Je boert niet voor de lol. Je boert omdat iemand z’n vlot gerepareerd moet vóór de maansopgang, of wat voor waanzinnige reden het verhaallijntje nu weer heeft bedacht. Chaos, maar het klopt als een bus.
Alles grijpt in elkaar. Je oogst, bouwt dingen vrij, knutselt gereedschap, plant zeiltochten. Geen bikkelhard strategiegedoe, wél genoeg te doen om je brein tevreden te houden. En het uitzicht is best lekker, eerlijk is eerlijk.
Eilandhoppen – daar leeft het echt op
Taonga doet alsof je gezellig op je eigen eilandje blijft zitten. Maar nee hoor. Voor je het weet spring je van het ene eiland naar het andere.
Elke nieuw eiland is pure tropische koorts. Het ene moment sta je runenteksten te ontcijferen, het volgende moment jaag je achter een papaya-verslaafde papegaai aan. Het zijn geen simpele grondstoffenlocaties, maar plekken met karakter. Plus: er loopt standaard een relaxte schildpad rond alsof ‘ie eigenaar is van het hele strand.
Je snuffelt rond, scoort vreemde meuk, keert terug met spullen waar je niet eens van wist dat je ze wilde. Het houdt de gameplay fris.
Energie is je baas hier
Alles vreet energie. Gras? Tien. Boom? Twintig. Die vreemde struik die er demonisch uitziet? Dertig. Energie laadt langzaam bij… of sneller als je meer smoothies achteroverslaat dan je tandarts zou adviseren.
Aanvankelijk kun je het bijbenen. Je voelt je slim. Maar geloof me, ineens draait iemand de kraan dicht. En hoe. Diep in de jungle, op vijf stappen van een missie… bam, leeg.
De shop verkoopt uiteraard energypacks en boosters. Niet agressief, gelukkig. Maar je zit sowieso óf te wachten, óf te plannen, óf half je snackvoorraad naar binnen te schuiven.
Alpaca’s, werkplaatsen en tropische bijbaantjes
De dieren zijn schattig. Maar tegelijk best angstaanjagend productief. Kippen, geiten, koeien – en vooral: alpaca’s. Zó veel alpaca’s. Echt, zonder dat haar loopt deze economie spaak.
Voer ze. Aai ze. Scheer ze. En smeer die wol in je jamfabriek. Gewoon een normale werkdag op Taonga, joh.
Daarna krijg je werkplaatsen: eerst brood bakken, dan jam, voor je het weet sta je karamel-fruittaarten te proppen voor een vage koopman die je zeldzaam hout geeft. Snap jij ‘t? Ik ook niet. Maar het werkt gewoon.
Er is weven, smeden, een gelei-fabriek; het klinkt veel, maar het haakt allemaal soepel in elkaar als een tropisch Lego-dorp vol gekte. En jij bent de sandalenmanager die toch alles aan elkaar knoopt.
Je buren zijn stiekem top
Er zit een soort multiplayer in. Je kunt op bezoek bij anderen, cadeautjes sturen, beetje energie over en weer swappen. Geen competitie, gewoon lekker rustig.
Gluren is trouwens ge-wel-dig. Via de ranglijst kun je zien hoe andere spelers hun eilanden inrichten. Sommigen maken er een sprookjestuin van, anderen hebben een koeienfabriek waar Arjen Lubach nachtmerries van krijgt. Inspirerend. Licht verontrustend ook, maar vooral inspirerend.
Contact is niet verplicht. Maar soms heeft iemand precies dat exotische dingetje dat jij nodig hebt. Ruil je smoothie’s, red je elkaar de dag door. Iedereen blij.
Wat nu als je eindelijk leeg bent?
Vroeg of laat – waarschijnlijk na een uurtje – loop je keihard tegen een muur. Energie op. Oogst duurt te lang. Boot is nog drie uur onderweg naar weet-ik-veel-waar. Gefeliciteerd, je zit op z’n tropisch in de cooldown.
Maar stiekem is dat juist een pluspunt.
Taonga wil niet dat je het achter elkaar uitspeelt. Dit is pure tussendoor-gameplay. Even inloggen, wat aanklooien, log weer uit. Het respecteert je tijd, ook als je nét nog één klik extra had willen maken.
Ja, het tempo zakt na een tijdje. Nieuwe eilanden komen, maar je voelt de rem erop – tenzij je van spreadsheets of je creditcard houdt. Zie het als hersen-achtergrondmuziek? Helemaal prima.
Geen stress, alleen maar good vibes
Qua visuals is het zon en fruitstands – vrolijk, nooit kinderachtig. Dieren zijn aandoenlijk, personages kwijt, quests luchtig en vol charme.
Geen knokpartijen. Geen aftellen. Geen events waar je van gaat zweten. Je bent gewoon jammaker, zeiler, verzamelaar voor een gepensioneerde piraat met jadetik. Dit is zachte chaos, en eerlijk? Ik gun het iedereen.
Hou je van kneuterige eilandbouwer-onzin? Dan is deze absoluut het checken waard.
Oordeel: van maiskolf naar eiland-cultusleider
Ik installeerde dit en dacht: “Best, ik plant wat tomaten.” Twee weken later produceer ik taarten op industriële schaal en bouw ik vuuraltaars voor een schildpadgod. Beetje gênant. Maar stoppen? Geen denken aan.
Dat is Taonga. Niet door hype, maar door alpaca’s. Duizenden alpaca’s.
Zoek je gevechten? Eindbaasloot? Nope. Maar wil je gewoon lekker verdwalen in een maf eiland met smoothie in de hand en nul verwachtingen? Ga die ananasplantage runnen. Voor je ‘t weet ben je verkocht.
Echt, zorg dat je snacks bij de hand hebt.